Heemkundige Kring

Ten Mandere Izegem

Ten Mandere - digitaal

startpagina
bestuur
nieuws
activiteiten
lidgeld
tijdschrift
geschiedenis
archief
bibliotheek
te koop
Izegemse bibliografie
Izegemse soldaten uit W.O. I

links
nieuwsbrieven

 

ten mandere blogt

Het orgel van de Gouden Kapel

Tijdens de voordracht van Riet van Loo op 27 januari ll. vertelde stadsgids Luc Detailleur hoe de Gouden Kapel in het klooster Ave Maria aan haar orgel kwam.
Het Marcklin-Schützer-orgel was oorspronkelijk bedoeld voor de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Brugge, maar wellicht door financiële problemen werd de bestelling geannuleerd. Voor E.H. Joseph de Pélichy, directeur van het klooster Ave Maria, was dit geen probleem en hij liet dit orgel overbrengen naar Izegem.
Om het orgel naar waarde te schatten, had de Pélichy, zelf een begenadigd violist, een ‘keurraad’ met o.a. hulpdirecteur Jan Schipman (Oostende, 11 november 1820 – Brugge, 9 mei 1886) en Bruno Roose (Klerken, 16 april 1824 – Klerken, 21 oktober 1861). Er waren ook vier buitenlandse musici bij, maar hiervan ontbreken de namen.
Het orgel dateert uit 1857. Priester Schipman was op dit moment leraar in het Klein Seminarie te Roeselare.  Hij werd daar op 15 oktober 1851 dirigent van ‘Société Sainte-Cécile’. Zo kwam hij in contact met de Pélichy. Schipman werd in november 1862 hulpdirecteur bij de Izegemse Zusters van Maria.

Joseph Marcklin werd in Duitsland geboren op 17 februari 1819. Hij werd na de Frans-Duitse oorlog een Franse burger en bouwde tijdens zijn leven meer dan 400 orgels, vooral in de kerken van België en Frankrijk. Na 1843 werkte hij samen met zijn schoonbroer Friedrich Schütze. Merkwaardig is wel dat de firma vanaf 1855 bijna uitsluitend orgels plaatste in Frankrijk. Het Izegemse orgel dateert duidelijk van later.

Met dank aan stadsgids Luc Detailleur.
Bron: M. DE BRUYNE, J. DE MUELENAERE, Muziek en muzikanten in Gezelles Roeselaarse periode, Gezellekroniek, jaargang 6 (1970), p. 131-132.