|
Henricus Eduardus Dupont, geboren in Izegem op 22 maart 1824, was de zoon van Judocus Nicolaus en van Marie Rosalie Francisca Servage. Hij was de jongste van vier kinderen. Naast twee broers, Augustinus en Ferdinandus, was er nog een oudere zus, Coleta Francisca.
Bij zijn geboorte oefende vader het beroep uit van pruikenmaker.
Op 16 augustus 1863 was hij in het station van Ieper. Toen de trein naar Kortrijk om 14 uur vertrok raakte hij betrokken bij een dodelijk ongeval. Hij had de tijd niet meer om een kaartje te kopen en klampte zich vast aan de koperen leuning van een rijtuig. Daardoor moest hij een eindje meelopen en probeerde ondertussen op de voettrede van het rijtuig te springen. Dit mislukte en hij viel tussen de rijtuigen op de sporen. Zijn hoofd werd letterlijk verpletterd.
De 29-jarige was op slag dood. In die tijd waren er nog geen identiteitskaarten en het slachtoffer werd in het Iepers overlijdensregister genoteerd als ‘personne inconnue’.
In de akte werd zijn persoonsbeschrijving genoteerd: leeftijd tussen de 25 en 30 jaar; 1 m 64 groot, zwart lang haar, blauwe ogen, ‘gemiddelde’ neus, ongeschoren zwarte baard, in de mond een versleten tand door het gebruik van een pijp. Verder waren er geen herkenningspunten op zijn lichaam.
Zijn kledij bestond uit een zwarte rok, zonder omslag, ronde zwarte knopen, een zwarte versleten broek met koperen knopen, een broekriem, een witte gilet met twaalf knopen in dezelfde stof, een linnen onderhemd met de sluiting op de rug, een witte onderbroek, witte katoenen kousen, leren schoenen met een elastieksluiting, een zwarte strooien hoed en een rode zijden sjaal met bloemmotief. Verder had hij een tabaksblaas, een sigarenetui in leer, een gewone pijp en een geelachtige wandelstok met bovenaan een zwart hoornstuk, een leren portemonnee met dubbele sluiting. Deze bevatte 23 frank 63 centiem. (1 munt van 10 frank en 1 van 5 in goud, 3 stukken van 2 fr., 4 stukken van 50 centimes en de rest in koperen munten).
Zijn uurwerk droeg op de achterzijde de nummers 5952 en 66469 met het merkteken A.D. De ketting was in goud en hij had nog twee sleutels bij zich.
Aan zijn linkerhand droeg hij een gouden ring met binnenin de initialen A. J.
Zijn lichaam werd opgebaard in het stedelijk hospitaal van Ieper.
Op 24 augustus kwamen zijn neven Bernardus Vercruysse, 35 jaar oud winkelier en Camille Augustus Kerkhof, 21 jaar oud, kleermaker naar Ieper om het lijk te identificeren.
De ijverige ambtenaar van de burgerstand van Ieper noteerde echter zijne echtgenote, op den zestienen dezer maend, omtrend de twee ure namiddag overleden is…
Daarmee wisten zijn broer en zuster, die in Izegem waren gebleven, dat hun broer om het leven was gekomen.
Hij had Izegem verlaten en zij veronderstelden dat hij naar Roubaix was getrokken om in dienst te gaan in het Franse leger. Een andere bron, de Gazette van Brugge, 31 augustus 1863, schreef ofwel naar Frankrijk ofwel naar Holland.
Henri Dupont was nog maar enkele weken terug thuis van zijn vrijwillige legerdienst in Batavia. Pittig detail: in het Belgische leger was hij afgekeurd omdat hij te klein was. In Batavia leerde hij het beroep van kleermaker, eens terug thuis woonde hij bij zijn broer en zuster die samen een ijzerwinkel uitbaatten. Maar omdat hij niet kon aarden, vertrok hij dus opnieuw met het gekende noodlottige vervolg. |