|
Onlangs werd de laatste hand gelegd aan het digitaliseren van de legger die bij de Poppkaart van Izegem hoort.
Philip-Christian Popp kreeg in januari 1841 de toestemming van het ministerie van Financiën om een uitgave klaar te maken van een atlas op basis van kadastrale documenten.
Gedurende bijna veertig jaar publiceerde Popp de perceelsplannen en de vastgoedregisters van het grootste deel van ons land.
In 1851 kwam het Izegemse gedeelte uit. De legger omvat 4920 percelen, gerangschikt per eigenaar. Behalve de naam, het beroep en de woonplaats van elke eigenaar op het moment van inschrijving, werd ook het type, de oppervlakte en de belastbare waarde (Kadastraal Inkomen) van elk perceel of gebouw vermeld.
Deze gegevens werden nu opgenomen in een excelbestand.
Eigenlijk maakt dit bestand deel uit van een groter geheel, waarbij Heemkunde West-Vlaanderen, o.l.v. Hendrik Vandeginste probeert om alle registers in West-Vlaanderen te digitaliseren.
Op de duur is het dus mogelijk om na te gaan, waar eigenaars percelen hadden, verspreid over verschillende gemeenten.
We denken daarbij bv. aan de familie de Pélichy, met o.a. eigendommen in Brugge, Gits, Izegem, enz…
Onze digitalisering is voorlopig beperkt tot Izegem. De deelgemeenten Kachtem en Emelgem staan nog in de steigers. Maar misschien zijn er onder onze abonnees die aan dit project willen meewerken. Dit kan. U hoeft zich alleen maar aan te melden bij Hendrik Vandeginste op dit e-mailadres.
Voor onze gemeente is het interessant omdat we zo gemakkelijker op de Popp-kaart kunnen situeren waar alles gelegen was.
We nemen een praktisch voorbeeld:
De weduwe en kinderen van de Izegemse hoedenmaker Petrus Vanmellaerts had de volgende percelen in eigendom
Sectie A nr. 270 (huis); 270bis (hoedenmakerij); 243 (tuin, later opgesplitst in a en b) en 270ater (tuin). De totale oppervlakte was 21 a 96 ca en het kadastraal inkomen werd berekend op 28 frank en 56 centimes.
Op de Popp-kaart zien we dat dit was op de oostzijde van de Marktstraat, dicht bij de Grote Markt. |