|
Het jaarboek van de West-Vlaamse Gidsenkring 2021 is volledig gewijd aan het leven en het werk van Fréderic Roderburg. Deze glaskunstenaar werd op 16 april 1884 in Leuven geboren. Zijn ouders waren afkomstig uit Duitslan Fréderic liep school in Leuven en op 10-jarige leeftijd zorgde een ernstige difterie ervoor dat zijn gehoor aangetast werd. Daardoor werd ook zijn spreken moeilijk. Door zijn handicap kon hij geen gewoon onderwijs meer volgen en was een artistieke opleiding aangewezen. Een Duitse tante slaagde erin om hem als leerjongen in Keulen te laten opleiden. Later trok hij naar München. Vlak voor de Eerste Wereldoorlog woonde hij in Brugge. Vandaar uit begon hij zijn atelier uit te bouwen.
Alhoewel hij afstand nam van de traditionele neogotische religeuze glasramen, waren deze in de Sint-Tillokerk toch tamelijk naar de neogotiek neigend.
Naast heel wat opdrachten van religieuze aard werkte hij ook voor de profane sector. Zo mocht hij glasramen leveren aan de Ardooise schoenenfabrikant Debusschere.
In de Sint-Tillokerk vinden we in de noordelijke dwarsbeuk het glasraam ‘De boodschap aan Maria’. Dit werk dateert uit 1936 en centraal vinden we de maagd Maria die het bezoek krijgt van de engel Gabriël. In een bijtafereel wordt de duivel voorgesteld als slang.
Daartegenover, in de zuidelijke dwarsbeuk maakte hij, eveneens in 1936, het glasraam ‘Christus voor Pilatus’. Onder het beeld prijkt de tekst Eog sum A Ω : ‘ik ben het begin en het einde’. Boven de voorstelling: ‘in nomine Jesu omne genuflectatur’ (In de naam van Jezus buigt elke knie) en onder de voorstelling: ‘Zijt gij koning? Ik ben koning, doch mijn rijk is niet van deze wereld’.
Als we de noordelijke zijbeuk bekijken, dan zien we daar ‘Opdracht van Jezus in de tempel’ van zijn hand. Simeon met Christuskind voorspelt aan Maria haar lijden. Daarboven prijken engelen in medaillons met passie-emblemen. Het werk werd in 1929 geplaatst. Hier vinden we de opvallende felle blauw en groene kleuren terug, typisch voor de stijl van Roderburg.
Aan de overkant zien we van zijn hand ‘Het Doopsel van Christus’ uit 1928. Centraal staat Sint-Jan die Christus in de Jordaan doopt. Vroeger stond de doopvont hieronder. Het is één van de weinige werken die Roderburg signeerde.
In het portaal dateert ‘De terugvinding van Jezus in de tempel’ eveneens uit 1929. Het is afkomstig uit de Sint-Jozefskliniek en de Zusters van Liefde schonken dit werk in 1993.
Bronnen: André LEBBE, Roderburg in West-Vlaanderen, West-Vlaamse Gidsenkring 2021, 144 blz. Raadpleegbaar in ons documentatiecentrum en in de Izegemse bibliotheek.
Anneleen SIX, Beschrijving van de glasramen in de Sint-Tillokerk te Izegem, Ten Mandere, 1999 nr. 2 56 blz. |